Het energieverbruik is tegenwoordig vaak onderwerp van gesprek. In deze digitale wereld is het mogelijk om op elk moment van de dag jouw energieverbruik te kunnen aflezen. Pak de telefoon erbij en de verbruiksmanager aan uw slimme meter informeert u over de opbrengst van uw zonnepanelen.
Sinds kort hebben we in ons archief een meterkaart van het adres Haaksbergerstraat 12. Waar nu het gezin Regterschot woont was jarenlang bouwbedrijf Kremers gevestigd. Hoewel het geen kaart is uit de beginjaren van de elektriciteit roept het wel weer beelden op van hoe het allemaal begon. Elektriciteitsmaatschappij “de Berkelstreek” was in november 1913 opgericht door de gemeenten Neede, Borculo en Eibergen. Nog geen maand later aangevuld met de gemeenten Ruurlo en Diepenheim. Een bovengronds netwerk van houten en ijzeren palen bepaalden in die jaren het straatbeeld van Diepenheim. Er stond een grote transformatorkast bij de platanen op het oude schoolplein. Vanwege de ronde vorm door de Diepenheimers “de peperbus” genoemd.
In de raadsvergadering van december 1914 werd gesproken over het ontslag van lantaarnopsteker Lammert Oldenampsen. De voorzitter vroeg de raad na te denken over een wachtgeldregeling, hoewel Oldenampsen nog jaren de functie van nachtwacht heeft mogen bekleden. Het volgende agendapunt in diezelfde raadsvergadering was trouwens ook bijzonder: op eigen verzoek werd aan klokkenluider R. Kiffen ontslag verleend. Besloten werd om zijn opvolger f 0,87 te geven voor elke keer luiden.
Hoewel het straatlicht veel indruk maakte op de inwoners was het in die beginjaren nog van beperkte omvang. In de huizen was slechts toestemming voor één lichtpunt in de woonkamer. Boerderijen kregen een tweede lamp op de deel. In 1923 werden ook Markvelde, de Schipbeekhuizen en de Watermolenbuurt aangesloten en een jaar later het Diepenheimse Broek. Regelmatig viel de stroom uit en was Diepenheim weer in duister gehuld. De hoop was dan gevestigd op Jan Welmerink, de plaatselijke monteur van de Berkelstreek. “Lechjan” werd hij genoemd en hij was met zijn technische kennis in die tijd een belangrijk persoon voor de Diepenheimse gemeenschap. De hoge lichtmasten werden in de veertiger jaren vervangen door een ondergronds kabelsysteem. Ook de gevaarlijke mast op het kruispunt met de Nijenhuizerlaan, waartegen al menige aanrijding had plaatsgevonden, werd vervangen. Er kwam een lantaarn met een hogedruk kwiklamp zodat er een einde kwam aan deze donkere hoek op dit, ook in die tijd al, drukke verkeerspunt.
Een enorme vooruitgang, de komst van ons elektriciteitsnet. Maar eigenlijk geldt nog steeds: als de stroom uitvalt kan alleen de hulp van “Lechjan” ons redden!
Uit het fotoarchief